2018 Uitgelicht

Contact met rechters: nationaal en internationaal

Door contacten met andere rechters in ons land krijgt de Hoge Raad sneller en beter inzicht in juridische problemen die landelijk spelen. Regelmatig zijn dat ook problemen die van maatschappelijk belang zijn. Waar mogelijk kan de Hoge Raad op deze manier in een vroeg stadium meehelpen aan een oplossing. Dat is een zinvolle manier om invulling te geven aan zijn rechtsvormende taak. De laatste jaren zijn de contacten tussen de zogenoemde feitenrechters (werkzaam in rechtbanken en gerechtshoven) en de Hoge Raad intensiever geworden. Zo bezoeken president en procureur-generaal regelmatig rechtbanken en gerechtshoven. Ook vinden er bijeenkomsten plaats van feitenrechters met leden van de Hoge Raad en van het parket bij de Hoge Raad. Verder heeft de Hoge Raad contactraadsheren. Dit zijn raadsheren die vanuit de Hoge Raad contacten onderhouden met een bepaalde rechtbank of gerechtshof. Ook kunnen feitenrechters een maand stage lopen bij de Hoge Raad. 

Verder zijn er contacten met de hoogste bestuursrechters in het land. In 2010 hebben de vier hoogste bestuursrechtelijke colleges (de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de Centrale Raad van Beroep, het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de Hoge Raad) afgesproken regelmatig te overleggen om de rechtseenheid in het bestuursrecht te bevorderen. Dit doen zij in de Commissie rechtseenheid bestuursrecht. In de commissie zitten rechters en juridisch medewerkers van alle vier de colleges. De commissie heeft zich in 2018 over verschillende bestuursrechtelijke onderwerpen gebogen waaronder digitalisering, proceskosten en ontvankelijkheidskwesties en vragen rond de bestuurlijke boete. In 2018 heeft de Commissie rechtseenheid voor het eerst een jaaroverzicht gepubliceerd. 

De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft regelmatig contact met presidenten van gerechtshoven of rechtbanken over dilemma’s die gaan over gedragingen van rechters. Soms leidt dat tot een uitnodiging van de procureur-generaal aan een rechter voor een gesprek. Dat hoeft niet telkens te gaan over riskant of onoorbaar gedrag; rechters staan in de samenleving, dat mag ook best zichtbaar zijn. 

Naast de contacten met nationale rechters is ook sprake van structurele internationale samenwerking. Deze contacten vanuit de Hoge Raad zijn mede bedoeld om rechtsstatelijke ontwikkelingen in de ons omringende landen en in het bijzonder in de hoogste rechtspraak te volgen. De president van de Hoge Raad is bestuurslid van het netwerk van hoogste rechters in de Europese Unie; de procureur-generaal is lid van het Europese netwerk van procureurs-generaal bij de hoogste gerechten. De zorgelijke ontwikkelingen in Polen waar al in eerdere jaarverslagen over geschreven is, hebben zich voortgezet in het jaar 2018. Deze ontwikkelingen zijn door het netwerk van presidenten op de voet gevolgd en hebben ook geleid tot een bezoek van een kleine delegatie uit Nederland aan Polen begin juli 2018. De president van de Hoge Raad maakte daar, als vertegenwoordiger van het netwerk, deel van uit. Na het bezoek sprak de president met De groene Amsterdammer over de situatie in Polen.

Een delegatie van het hooggerechtshof van Indonesië, de Mahkamah Agung, bracht in juli 2018 een bezoek aan de Hoge Raad en een tegenbezoek werd gebracht in december 2018. De wederzijdse werkbezoeken zijn onderdeel van een structurele samenwerking die zo’n 10 jaar geleden in gang is gezet. De Mahkamah Agung onderkende destijds het probleem dat consistentie in haar rechtspraak ontbrak en dat daarmee haar gezag in juridische kringen en in de samenleving beperkt was. Zij vroeg de Hoge Raad om de ervaringen onder het Nederlandse systeem met haar te delen. De organisatie van het rechtssysteem in Indonesië is vanuit de historie vergelijkbaar met het Nederlandse. In de loop van deze tien jaar heeft de samenwerking zich toegespitst op 3 thema’s. In de eerste plaats de beperking van de instroom van zaken. De Indonesische raadsheren kennen een zeer hoge werkdruk. Dit heeft onder meer te maken met hun taakopvatting als hoogste rechter. Waar de Hoge Raad strikt als cassatierechter optreedt, toetsen de Indonesische collega’s nog vaak feitelijke kwesties en bestaat er ook een brede herzieningspraktijk op alle rechtsgebieden. Door de ervaringen te delen over het selectiesysteem van de Hoge Raad (artikel 80a Wet RO) en andere instroombeperkende maatregelen, biedt de Hoge Raad handvatten voor een discussie over taakopvatting en instroom. In de tweede plaats biedt de Hoge Raad inzicht in de wijze waarop in zijn college de interne rechtseenheid wordt gewaarborgd. Binnen de Mahkamah Agung beslissen per zaak drie raadsheren. Waar belangrijke inhoudelijke zaken binnen de Hoge Raad in de wekelijkse voltallige raadkamer aan de orde komen, worden inhoudelijke zaken binnen de Mahkamah Agung slechts sporadisch binnen een voltallige kamer besproken. Dit draagt het gevaar in zich dat interne rechtseenheid ontbreekt en daarmee uitspraken worden gedaan die tegenstrijdig kunnen zijn. Dit heeft een aanzuigende werking, omdat partijen daardoor eerder kunnen denken dat een beroep op de hoogste rechter kans van slagen maakt. Bij bezoeken aan Nederland zijn de raadsheren van de Mahkamah Agung in de drie raadkamers aanwezig geweest om de praktijk van onze werkwijze te bestuderen. Tot slot worden ook uitspraken van de hoogste rechter in Indonesië gepubliceerd op de website. Deze database bevat meer dan een miljoen uitspraken. De ontsluiting van deze uitspraken is voor de rechtspraktijk van groot belang. De mogelijkheden om op juridisch belangwekkende uitspraken te zoeken in de database zijn echter niet optimaal. De ervaringen in Nederland met www.rechtspraak.nl en andere vormen van ontsluiting, classificatie en inhoudsindicaties om het zoeken in de database te vergroten worden met de rechters in Indonesië gedeeld. Deze 3 thema’s tezamen vormen een cyclus die moet bijdragen aan grotere consistentie en groter gezag van de hoogste rechter.

Werkbezoek aan de Mahkamah Agung
President Maarten Feteris te midden van de leadership van de Mahkamah Agung

Ook op het niveau van het wetenschappelijk bureau is sprake van internationale samenwerking. De Hoge Raad maakt deel uit van het Superior Courts Network (SCN) van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Dit netwerk heeft tot doel de communicatie en informatie-uitwisseling tussen het EHRM en de hoogste gerechten van de lidstaten te versterken. Op vrijdag 8 juni 2018 vond het tweede forum van dit netwerk plaats in Straatsburg. Vertegenwoordigers van 59 gerechten uit 33 landen namen hieraan deel. Ook namens de Hoge Raad was een vertegenwoordiger aanwezig. Tijdens de bijeenkomst is onder meer aandacht besteed aan het verbeteren van kennisuitwisseling tussen de gerechten en het EHRM en de betekenis van het 16e protocol bij het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Dit protocol zal voor Nederland op 1 juni 2019 in werking treden en introduceert de mogelijkheid voor het EHRM om op verzoek adviezen aan de hoogste gerechten uit te brengen. Een wetenschappelijk medewerker heeft daarnaast namens de Hoge Raad verschillende vragen beantwoord vanuit het EHRM over de werking van het Nederlandse recht, bijvoorbeeld ten aanzien van adoptierecht en enkele aan het strafrecht gerelateerde onderwerpen.

Verder hebben 3 wetenschappelijk medewerkers op 15 en 16 november 2018 in Karlsruhe de vijfde jaarvergadering van het Comparative Law Liaisons Network bijgewoond. Dit is een netwerk van wetenschappelijk medewerkers van de hoogste gerechten van België, Duitsland, Finland, Frankrijk, Nederland, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk, opgericht door de toenmalige president van de Hoge Raad Geert Corstens. Het netwerk dient als een waardevol samenwerkingsverband ten behoeve van een laagdrempelige en vlotte kennisuitwisseling over buitenlandse jurisprudentie, wetgeving en juridische literatuur. Tijdens de bijeenkomst in Karlsruhe kwamen onderwerpen aan bod zoals religieuze symbolen in de rechtszaal, het toenemende belang van internationaal strafrecht en universele jurisdictie, mede in het licht van het conflict in Syrië.

De Hoge Raad neemt ook deel aan het netwerk van de Venice Commission, een adviesorgaan van de Raad van Europa op het gebied van constitutioneel recht en democratie. Binnen dat netwerk kunnen rechtsvergelijkende vragen worden verspreid. Deze worden beantwoord door medewerkers van constitutionele of andere hoogste rechters. In Nederland is dat naast de Hoge Raad ook de Raad van State. Dit jaar kwamen er vragen uit onder meer Kosovo, Macedonië en Oekraïne over uiteenlopende onderwerpen als de rechten van transgenders, de ontkenning van het vader- of moederschap en de mogelijkheid om een beslissing over voorlopige hechtenis aan te vechten.